Precies daarover schrijft Tim Wu in The Age of Extraction.
Welke activiteit levert vandaag de dag economische waarde op? Wat produceren we nou echt met onze arbeid? Welk deel van onze dag zijn we aan het werk, en voor wie?
Het antwoord is vreemd. Het product waar de moderne economie werkelijk om draait, is onze aandacht.
Daarom kan Donald Trump nog steeds met droge ogen beweren dat de economie fantastisch loopt, want ja, de beurskoersen staan hoog. Endatkomt doordat een handvol techbedrijven zoals NVIDIA, Google, en Meta de markten omhoog duwen alsof ze helium in een ballon blazen. Bedrijven die groot zijn geworden door onze tijd, onze aandacht en zelfs onze gedachten te delven. (NVIDIA iets indirecter, via de AI-boom en hun vervlechting met OpenAI, maar het mechanisme blijft hetzelfde.)
En wat krijgen wij terug? Een paar korte dopamineshots van het scrollen, een stroom AI-gegenereerde kattenplaatjes en het gevoel dat we ‘verbonden’ zijn. Niet echt een eerlijke ruil.
Noem het gerust de diefstal van de eeuw.
Maar in zekere zin is het juist oeroud. Wat deze nieuwe uitbuiters doen, lijkt verdacht veel op kolonisatie. Alleen koloniseren ze nu geen land, geen grondstoffen, geen natuurlijke rijkdommen, maar ons innerlijk leven. Het terrein dat ooit volledig van ons was, wordt in kaart gebracht, ontgonnen en vervolgens geclaimd door partijen die precies weten hoe ze het moeten vermarkten.
Wij krijgen er, net als altijd, een paar kralen voor terug.
Wu’s lens van extractie is daarom een eye-opener. Hij laat glashelder zien wanneer en hoe we verschoven zijn van een economie die waarde creëert naar een economie die waarde afroomt.